Vanaf eind jaren 1960 richtten Marokkaanse en Turkse arbeidsmigranten in samenwerking met de Katholieke Kerk en de Christelijke vakbond verschillende moskeeverenigingen op in Antwerpen. Zo stelde in 1965 de barmhartige pastoor Fans Verachtert zijn Sint-Jozefparochie open voor islamitische arbeidsmigranten die zich in de Antwerpse wijk Moretusberg vestigden. Wat is het verhaal achter dit onbelicht en ongehoord stukje Antwerpse geschiedenis? En waarom loopt de weg naar erkenning van Vlaamse moskeeën als erfgoed zo moeizaam?
Verachtert hielp de arbeidsmigranten met het vinden van een woonplaats of medische zorg, maar vond het ook belangrijk dat deze islamitische arbeidsmigranten hun eigen godsdienst konden uitoefenen. Mede op initiatief van deze katholieke pastoor werd een gebedshuis gebouwd in de achtertuin van de parochiekerk (afb. 1) en in juli 1972 opende het ‘Islamitisch en Cultureel Centrum van Hoboken’ aldaar zijn deuren. Opmerkelijk, maar niet uitzonderlijk.
Het ‘Islamitisch en Cultureel Centrum van Hoboken’ staat nu bekend als de eerste moskee in Antwerpen. Omwille van haar bijzondere oorsprongsverhaal vormt zij een belangrijk onderdeel van de geschiedenis van de Marokkaanse en Turkse diaspora in Antwerpen. Bovendien zijn moskeeën in Antwerpen meer dan alleen gebedshuizen. Zij hebben namelijk ook een functie als ontmoetingsplaats en cultureel centrum voor Turkse en Marokkaanse gemeenschappen. Zo bezitten vele Antwerpse moskeeën een cafetaria, een multifunctionele ruimte, klaslokalen en soms zelfs een sportzaal. Zij vormen daarom het sociale en culturele hart van islamitische gemeenschappen in Vlaanderen. Ondanks de vijftig jaren aan geschiedenis, worden deze belangrijke plaatsen in de Vlaamse maatschappij, niet volledig erkend als Vlaams erfgoed.
Ook hun plek in de maatschappij is niet vanzelfsprekend en wordt al sinds de jaren tachtig van de vorige eeuw geproblematiseerd door de opkomst van islamofobie en de oprichting van het rechts-populistisch Vlaams Blok. Het Vlaams Blok, nu Vlaams Belang, heeft met haar anti-islamcampagnes invloed gehad op het maatschappelijke debat en de publieke opinie rondom de moskee in de Vlaamse gemeenschap. Tijdens de federale verkiezingen in 1991 behaalde het Vlaams Blok nationaal 7% van de stemmen en werd de grootste partij in kiesarrondissement Antwerpen met 21% van de stemmen. Het zorgde destijds voor een schokgolf bij de meerderheidspartijen in de Vlaamse en Federale regering. In Vlaanderen is deze dag zelfs bekend komen te staan als ‘Zwarte zondag’. Als antwoord hierop ontstond vanuit de progressieve christelijke overheid, met de Christelijke Volkspartij voorop, de wil tot verhoging van de maatschappelijke participatie van migrantengemeenschappen. Overtuigd van het recht op vrije uitoefening van het geloof, werden vanuit de christelijke overheid allerlei initiatieven opgestart rondom de emancipatie van Marokkaanse en Turkse gemeenschappen. De overheid was ook van mening dat moskeeën het recht hebben op erkenning en probeerde dit in wetgeving door te voeren. Een houding die de overheid tegenwoordig niet meer aanneemt.
De verkiezingsoverwinning van het rechts-populistische NV-A in 2012 leidde een nieuw tijdperk van islam-scepticisme in. Tot op heden zijn zij de meerderheidspartij in zowel het Antwerps stadsbestuur als in de Vlaamse regering. Dit heeft niet alleen invloed op het aantal subsidietoekenningen, maar ook op de wetgeving rondom de erkenning van moskeeën als erfgoed. Daarnaast ziet het rechts-populistische NV-A de buitenlandse betrekkingen van moskeeën als een probleem voor de integratie. Vele Turkse moskeeën in Vlaanderen bevinden zich onder de Turkse moskee-koepelvereniging ‘Belçika Diyanet Vakfi’, die banden aanhangt met het Turks Ministerie van Religie. Zo verloren twee Turkse moskeeën in Antwerpen onlangs hun erkenning, omdat het Turks Ministerie van Religie de imams uitbetaalde.
Buiten de invloed van islamofobie en rechts-populisme in westerse maatschappijen, zijn er ook binnen Vlaamse moslimgemeenschappen oorzaken die het erkenningsproces problematiseren. Toen Marokkaanse en Turkse arbeidsmigranten zich eind jaren zestig in Vlaanderen en Nederland vestigden, waren zij in het begin overtuigd dat ze naar hun land van origine zouden terugkeren. Deze ‘terugkeergedachte’ werd rond de jaren tachtig losgelaten en Marokkaanse en Turkse arbeidsmigranten werden permanent onderdeel van de Vlaamse maatschappij. Toch kijkt deze eerste generatie nog altijd vanuit de ‘terugkeergedachte’ naar de moskee. Zo beschouwen zij de moskee als een houvast, een culturele band met hun geboorteland. Latere generaties zien de moskee echter als uiting van hun transnationale identiteit, waarmee zij een culturele band aangaan met de cultuur van het land van hun (voor)ouders en hun eigen plek opeisen in Vlaanderen. Daarmee emanciperen zij zich als islamitische minderheid in de Vlaamse maatschappij.
Er wordt vanuit de Marokkaanse en Turkse gemeenschappen anders naar dit generatieverschil gekeken. In de Turkse gemeenschappen is er sprake van een zekere generatiewissel binnen de vertegenwoordigers van de moskeeën, terwijl in de Marokkaanse gemeenschappen de oudere generatie zich eerder vastklampt aan deze functie. De jongere generatie is volgens hen te makkelijk te manipuleren door de Vlaamse overheid, die zich graag wil inmengen in de werking van de moskee. Daarnaast zijn zij vaak het Nederlands niet machtig, in tegenstelling tot de jongere generaties die vaak Nederlands als moedertaal hebben. Hierbij vormt zicht een taalbarrière ten opzichte van zowel de jongere generaties als de maatschappij, wat de relatie met die maatschappij bemoeilijkt alsook de erkenning van hun moskee.
Daarnaast is ook de definitie van erfgoed te beperkend waardoor moskeeën vaak niet voldoen. Een probleem is de architectuur van de moskeeën. Turkse en Marokkaanse moskeeverenigingen in Vlaanderen hebben doorgaans een vrij sobere buitenarchitectuur zonder de befaamde minaretten. Immers zijn de eerste moskeeën in Antwerpen ook begonnen achter onopvallende gevels. De meeste moskeeën hebben dan ook meer gemeen met de katholieke schuilkerken in Nederland anno 16de-18de eeuw, dan met de grote Sultan Ahmet Moskee in Istanbul. Een recent voorbeeld is de de ‘Mehmet Akif Camii’ moskee in Antwerpen (afb. 2), die in 2022 werd gebouwd. Het gebouw is vanuit het straatbeeld niet direct te identificeren als moskee.
In erfgoedlijsten van onroerend erfgoed worden gebouwen opgenomen omwille van hun esthetische waarden. Het moet de waarnemer zintuigelijke schoonheid laten ervaren. Het sobere buitenaanzicht van dergelijke moskeeën wordt niet erkend als van esthetische waarde en komt daarom niet in aanmerking voor opname in de erfgoedlijst. Naast de islam-sceptische rechts-populistische overheid en de generatieverschillen onderling, vormt dus ook het sobere karakter van de moskeeën in Antwerpen een probleem voor erkenning. Terwijl dit juist de bijzondere geschiedenis van de islam in Antwerpen laat zien.
Het Moslim Archief richt zich hoofdzakelijk op het erfgoed van Nederlandse moslims en moslims in Nederland, maar, zoals blijkt uit het onderzoek van Liesbeth Knaeps, zijn er veel parallellen te trekken tussen Nederland en België wat betreft de erkenning van moslimerfgoed.
Over de auteur: In de bachelorscriptie ‘Antwerps Islamitisch erfgoed en de problematiek rondom erkenning, erfgoeddissonantie en transnationale identiteit 1972-2024’ deed student cultuurwetenschappen aan de Open Universiteit Liesbeth Knaeps onderzoek naar de Antwerpse moskeeën van Marokkaanse en Turkse gemeenschappen. Deze moskeeën zijn onderdeel van de geschiedenis van de arbeidsmigratie van de jaren zestig en zeventig in Vlaanderen, maar niet opgenomen in de lijst van Onroerend Erfgoed. Knaeps nam in haar onderzoek een aantal Antwerpse moskeeën als casestudy en onderzocht zo de problematiek rondom erkenning van islamitisch erfgoed in Vlaanderen.
Bronnen:
- Met het hilal-project wil KADOC, het Documentatie- en Onderzoekscentrum voor Religie, Cultuur en Samenleving van de Katholieke Universiteit Leuven onder andere de samenwerking tussen de erfgoedsector en de organisaties van de islamitische eredienst stimuleren. https://kadoc.kuleuven.be/8_projecten/2022/hilal
- In ‘Negotiating Solidarity. De gedeelde geschiedenis en het erfgoed van het Belgische middenveld en de naoorlogse moslimmigratie’ doet men onderzoek naar de aanwezigheid van en de omgang met Noord-Afrikaanse en Turkse moslimmigranten die zich sinds de jaren 1960 in Vlaanderen en Brussel hebben gevestigd. https://kadoc.kuleuven.be/8_projecten/2021/neso/2021_03_negotiating
- Kathleen van Walle deed onlangs een interessant onderzoek naar ‘De sociaal culturele rol van de moskee in de Vlaamse samenleving’. https://kifkif.be/sites/default/files/oldsite-data/de_sociaal-culturele_rol_van_de_moskee_in_de_vlaamse_samenleving._een_explorerend_kwalitatief_onderzoek..pdf
- migrantenerfgoed.be is een initiatief die het erfgoed van arbeidsmigranten in België meer in kaart willen brengen.